Strijders tegen afval: vechten tegen het plasticprobleem

29 August 2023 - Published by Kraftvaerk
In een circulaire economie worden materialen maximaal benut volgens het driekernpuntenprincipe van Verminderen, Hergebruiken, Recyclen. We spraken met drie strijders in het gevecht tegen plastic om te zien hoe zij het probleem aanpakken: Vanessa Debruyne, milieuactiviste en oprichtster van Billie Cup in Gent, België; Ann Skougaard Dyhr, afdelingsmanager inkoop en aanbesteding bij de gemeente Hjørring in Noord-Jutland, Denemarken, en Julie Bastholm, projectmanager bij het netwerk voor duurzame bedrijfsontwikkeling Noord-Denemarken.

Billie Cup werd in Gent opgericht door Vanessa Debruyne en Ineke Van Nieuwenhove met hulp van 100.000 euro subsidie van de Vlaamse overheid. Billie Cup is een statiegeldsysteem dat vergelijkbaar is met het systeem dat op veel festivals wordt gebruikt. De bekers zijn gemaakt van 100% recyclebaar polypropyleen. Ze zijn gemakkelijk schoon te maken en te drogen, kunnen meer dan 500 keer worden gebruikt en voldoen aan de voedselveiligheidsnormen. Consumenten betalen één euro voor een Billie Cup. Ze kunnen de beker houden en hergebruiken of teruggeven om het statiegeld terug te krijgen.

Dat is wat het is; nu het waarom. Het waarom is misschien voor de hand liggend, want we hebben allemaal wel eens het tapijt van plastic borden en bekers gezien dat de terreinen van muziekfestivals bedekt en het deinende plastic dat in onze rivieren en oceanen drijft. Aan de andere kant, als het echt zo duidelijk is, waarom wordt de berg plastic dan steeds groter in plaats van te krimpen? Laten we eens enkele cijfers bekijken, want die zijn erg verontrustend. Volgens Billie Cup worden alleen al in Frankrijk en Nederland jaarlijks drie miljard koffiebekers weggegooid. In de Verenigde Staten zijn het er 158 miljoen per dag. Tot overmaat van ramp kunnen veel wegwerpbekers niet worden gerecycled.

Maak het de consument gemakkelijk

Eén van de problemen is volgens Debruyne dat eerdere campagnes de verantwoordelijkheid bij de consument legden door hen te vragen hun eigen waterflessen en koffiebekers mee te nemen. Een ander probleem is dat al deze herbruikbare bekers duur waren. Consumenten moesten eraan denken hun bekers overal mee naartoe te nemen. Maar als ze hun beker vergeten waren, hadden ze geen zin om geld uit te geven aan een nieuwe.

„Het is veel logischer dat de cafés het je gemakkelijk maken”, zegt Debruyne. „Het mooie van Billie Cup is dat het de consument eigenlijk niets kost. Je betaalt één euro statiegeld. Dus als je zo'n chaotisch persoon bent die de hele tijd z'n beker vergeet, kun je wanneer je maar wilt je bekers terugbrengen en het statiegeld terugvragen.”

Ook voor cafés en restaurants die besluiten Billie Cups in te slaan is het financieel gunstig. De klanten van Billie Cup – waaronder universiteiten, ziekenhuizen en gemeenten – gebruiken meestal een cateringbedrijf om hun kantines te runnen. „Billie Cup kost cateraars zo’n 240 euro per locatie per jaar. Bovendien kunnen ze een beetje winst maken op de deksels. Wij verkopen de deksels voor 50 cent en zij verkopen ze voor één euro aan de consument. Consumenten kunnen de deksels houden en hergebruiken.”

Volledig Billie

Een concept als Billie Cup werkt het beste als het de standaard wordt. Als je tientallen kleine bedrijven hebt die hetzelfde proberen te doen, raakt het initiatief versnipperd en is de kans van slagen kleiner. De Franse stad Chamonix, één van de klanten van Billie Cup, besefte dat toen ze besloten een leverancier van herbruikbare bekers voor hun stad te zoeken. „Onze taak was om de horeca in Chamonix ervan te overtuigen ons systeem te gebruiken. Ze kozen voor de beste propositie omdat ze niet vier of vijf systemen voor herbruikbare bekers verspreid over de stad wilden hebben.”

Als Billie Cup eenmaal ergens binnen is, is het ideaal als de klant ‘volledig Billie’ gaat, zoals Debruyne het graag noemt. „Soms hebben koffiebars nog wel wat Billie Cups, maar promoten ze het gebruik niet echt actief. Het is dus belangrijk dat opdrachtgevers hun personeel motiveren. Maar als een klant 'volledig Billie' gaat en alleen onze bekers gebruikt, dan hoeven hun medewerkers het systeem niet steeds aan klanten uit te leggen.”

En wat heeft de toekomst nog in petto voor Billie? „We zijn nu etensbakjes aan het uitproberen”, zegt Debruyne. „We hebben het systeem nu in huis en we hebben negen verschillende modellen etensbakjes. We hebben er al een paar uitgeprobeerd op evenementen. De Vrije Universiteit Brussel heeft nu helemaal op nul plastic ingezet. Ze gebruiken onze Billy Cup en onze etensbakjes. Ze gebruiken geen plastic bakjes meer. Daar sturen we mensen heen als ze willen zien hoe het ook kan.”

undefined

Samen sterker

Ook in de gemeente Hjørring, de op één na grootste stad in de Deense regio Noord-Jutland met 64.000 inwoners, is de strijd tegen plastic afval in volle gang. De elf gemeenten van Noord-Jutland en het netwerk voor duurzame bedrijfsontwikkeling Noord-Denemarken hebben een praktijkgemeenschap opgericht die bestaat uit gemeentelijke inkopers, milieumedewerkers, afvalplanners en klimaatmedewerkers. Het doel is om te leren hoe je de inkoop in een meer duurzame richting kunt sturen, te beginnen met het probleem van plastic afval.

„Tot nu toe werkten onze gemeentelijke inkoop- en milieuafdelingen niet veel samen. Eén van de hoofddoelen van dit initiatief is om deze afdelingen meer te laten samenwerken, in het bijzonder op de circulaire agenda”, zegt Bastholm, projectmanager bij het netwerk. Voor bijvoorbeeld het plan van de gemeente om plastic te recyclen en te hergebruiken, is de betrokkenheid van fabrikanten en leveranciers vereist. „De 11 gemeenten in Noord-Jutland zijn klein, dus niet bijzonder aantrekkelijk voor leveranciers. Het was nodig om onze krachten te bundelen in dit netwerk, want samen staan we sterker en hebben we meer kans vorderingen te maken met deze groene agenda”, zegt Dyhr, afdelingsmanager inkoop en aanbesteding bij de gemeente Hjørring.

Cursus plastic

Plastic is één van de moeilijkst te recyclen materialen, omdat het uit verschillende soorten polymeren bestaat die niet samen kunnen worden gerecycled. Daarom organiseerde de gebruiksgemeenschap in 2021 een ‘cursus plastic’, die bestond uit drie webinars en een bezoek aan afvalverwerkingsbedrijf RenoNord.

„We hebben RenoNord bezocht om meer te weten te komen over de verschillende soorten plastic en wat de verschillende recyclingopties zijn”, zegt Dyhr. „Deze kennis helpt elke gemeente bij het plannen van hun strategie om het gebruik van plastic in hun kantoren te verminderen, maar ook hoe ze het kunnen recyclen en hergebruiken.”

De drie webinars stonden in het teken van kennis delen, capaciteitsopbouw en mogelijkheid om te sparren voor gemeenten, om deze uitdaging op een gecoördineerde, professionele manier aan te gaan. Er was een presentatie van een advocaat en van verschillende bedrijven, die ingingen op de juridische en logistieke uitdagingen en mogelijke bedrijfsmodellen. „Na al dat brainstormen zijn we erin geslaagd een toolbox te ontwikkelen die gemeenten – en anderen – in de toekomst kunnen gebruiken, niet alleen om de strijd met plastic aan te gaan maar ook om andere gebieden van circulariteit aan te pakken”, zegt Bastholm.

Eén van de volgende knelpunten op de agenda is textiel. „We gebruiken textiel in uniformen voor medewerkers van verschillende gemeentelijke afdelingen, zoals afvalophalers, verpleegkundigen en wetshandhavers”, zegt Dyhr. „Dus vanuit aanbestedingsperspectief kijken we nu naar de mogelijkheden om textiel in te kopen. Huishoudens in Denemarken moeten bijvoorbeeld textielafval sorteren. We onderzoeken manieren om daar gebruik van te maken.”

undefined

Interviewees

Vanessa Debruyne is milieuactiviste en medeoprichtster van Billie Cup in Gent, België.

Ann Skougaard Dyhr is afdelingsmanager inkoop en aanbesteding bij de gemeente Hjørring in Noord-Jutland, Denemarken.

Julie Bastholm is projectmanager bij het netwerk voor duurzame bedrijfsontwikkeling Noord-Denemarken, Denemarken.